Terwijl formele hard controls zich direct richten op het beïnvloeden van gedrag via belonen en straffen, richten soft controls zich op het ontwikkelen of onderhouden van een een bepaalde set van overtuigingen en attitudes.
Bij sturen op vertrouwen is niet zozeer sprake van minder control als wel van een verschuiving van hard controls naar soft controls. Er wordt systematisch gewerkt aan versterking en borging van de cultuur.
Sturen op vertrouwen vraagt daarnaast dat je kunt rekenen op de competentie van de ander om datgene te doen waarin je hem of haar vertrouwt. Naast professionele en teamcompetenties blijkt daarbij één van de meest essentiële competenties taakvolwassenheid te zijn. Daarbij gaat het om de bekwaamheid om een set van taken uit te voeren en de bereidheid om de daarbij behorende verantwoordelijkheden te dragen.
Aldus Gerard Verstegen in een Executive Finance artikel over hoe het sommige organisaties lukt om de formele control aanzienlijk te reduceren en toch in control te blijven.